Niels Van Dorsselaer heeft een mooi parcours afgelegd afgelopen seizoen. Zijn inspanningen worden beloond met een contract bij Cibel.
1. Wat waren voor u de mooiste momenten van het seizoen? Ik heb wel enkele mooie momenten gekend dit seizoen, te beginnen met de provinciale titel in Pollare. Daarna kwam nog de winst in het jongerenklassement in de Ronde van Vlaams-Brabant en afsluiten deden we met de zege in Memorial Danny Jonckheere te Oudenburg.
2. Vind je u seizoen geslaagd? Ik denk wel dat ik kan zeggen dat mijn seizoen geslaagd is, op het einde zat er meer in. Ik stond met een superconditie klaar om naar de Ronde van Valencia te trekken toen ik mijn sleutelbeen brak en mijn seizoen erop zat.
3. Tijdens de “ronde van Oost-Vlaanderen' ben je uit wedstrijd gestapt en heb je een open brief geschreven. Heb je hierop enige reactie gehad van de organisatoren of mensen van de wielerbond? Neen, vanuit de wielerbond zelf heb ik geen reactie gehad. De reacties van de mensen rond en in de koers waren niet bij te houden, langs alle kanten kwamen reacties. Ik had dit op voorhand zeker niet verwacht.
4. Volgend seizoen zet je opnieuw een stapje voorwaarts bij Cibel. Vind je dit een bekroning op je seizoen? Was deze stap een doel bij de start van het seizoen in 2014? Dit is zeker een bekroning voor mijn werk. Cibel was dit jaar ongetwijfeld dé ploeg van het jaar. Zowel collectief als individueel hadden we hier met sterke formatie te maken. Om daar volgend jaar deel van uit te maken, dat doet me deugd. En uiteraard was zo'n stap de bedoeling, al kan je dat nooit op voorhand plannen.
5. Hoe gaan de voorbereidingen deze winter verlopen naar de opbouw van 2015 toe? Die voorbereidingen zijn al lang bezig. Eind september ben ik daar al mee begonnen. Door het lang stil liggen na mijn blessure had ik geen nood aan extra rust, ik moest wel beginnen sporten. Al was dit wel enkel onderhoudend en oppervlakkig, kwestie van wat bezig te zijn. Vooral stabilisatie, ik raad iedere wielrennen aan om niet in de fitness met de zwaarste gewichten te gaan pompen, maar te werken aan die kleine en zeer belangrijke rug- en buikspieren. Nu zijn we november, het gaat er al iets harder aan toe.
6. Ben je bijgelovig? Zoja, wat zijn de kenmerken ervan? Vroeger had ik wel enkele trekjes die je bijgelovig kon noemen, maar dan meer in de richting van een armbandje of ketting. Nu niet meer, ik heb ervaren dat pech altijd om de hoek schuilt. Het enigste wat je kan doen is hard werken, geduld hebben en er blijven in geloven.
7. Wat doe je het liefst: rondes of klassiekers? Ik heb mijzelf altijd al gezien als een iets klassieker type. Een beetje zwaarder gebouwd, ideaal voor het kassei- en Vlaamse Ardennenwerk. Maar dit seizoen heb ik ervaren dat het rondewerk me iets beter ligt. Uiteraard niet het rondewerk in hooggebergte. Maar hier in Vlaanderen en Noord-Frankrijk kan ik zeker mijn plan trekken.
