Jacob Relaes blikt tevreden terug op zijn eerste jaar als belofte. Jacob vond vorig jaar zijn onderkomen bij EFC-Etixx U23 en zal ook in 2016 bij de ploeg actief zijn.
1. Is de overstap van junior naar belofte verlopen zoals je zelf voorop gesteld had? Wat was de moeilijkste aanpassing? Mijn overstap naar de beloften is vlot verlopen. In het begin van het seizoen stond ik wel een zestal weken langs de kant met een knieblessure, maar daarna is het goed beginnen lopen.
2. Voor de junioren die volgend seizoen de overstap maken, welke goede raad kan je aan hen meegeven? Niet te overhaast te werk gaan. Ook niet panikeren bij een blessure. Een seizoen is lang en de evaluatie wordt op het einde van het jaar gemaakt.
3. Hoe kijk je terug op je eerste seizoen als belofte? Ik ben zeer tevreden. Ik ben met EFC-ETiXX in een zeer professioneel gestructureerde ploeg terechtgekomen en heb veel kunnen leren van een aantal ervaren beloften zoals Maxime Farrazijn en Aimé De Gendt die dit jaar de overstap maken naar de profs. Bovendien heb ik een zeer mooie programma kunnen rijden, waardoor ik mijn neus aan het venster heb kunnen steken in een aantal rondes en in een aantal moeilijkere eendagswedstrijden.
4. Aan welke wedstrijden heb je een goed gevoel aan overgehouden? Kreeg je ook de nodige dosis pech te verwerken ? Ik ben vooral tevreden over mijn prestaties in een aantal rittenwedstrijden zoals de Ronde van Luik en de Tryptique Ardennais in België en een aantal rittenwedstrijden in Frankrijk zoals de Tour du Pays de Roannais en Trois Jours de Cherbourg waar ik zesde eindigde in het eindklassement.
5. Hoe staat het met je tijdrit capaciteiten? Werkpunt voor volgend seizoen? Mijn tijdritcapaciteiten zijn dit jaar onverwacht sterk verbeterd. Waarschijnlijk omdat het de eerste keer was in mijn wielercarrière dat ik met goed materiaal aan de start kwam van een tijdrit. Dat heeft duidelijk vruchten afgeworpen.
6. Als wat voor type renner zou je uzelf omschrijven? Ik ben vooral een renner voor een heuvelachtig parcours. Vooral het langere klimwerk ligt mij en dat zowel in etappewedstrijden als in een aantal eendagswedstrijden. Maar ook de klimmetjes in het West-Vlaamse Heuvelland liggen mij, bewijze mijn mooie 8ste plaats in de Omloop van de Grensstreek, waar ik met de kopgroep na te zijn zijn weggereden op de Kemmelberg 140 km in de aanval heb gereden.
7. Op welke punten wil je uzelf zeker nog verbeteren naar volgend seizoen toe? Mijn uithouding is ok, maar ik moet zeker nog aan kracht bijwinnen, zeker wanneer het demarrages regent bergop of bij het begin van een wedstrijd.
8. Spurt of solo? Waarom? Een echte sprinter ben ik zeker niet, daarom kies ik voor solo. Maar ik wil ook stilaan mijn mannetje staan in een sprint met een klein groepje na een moeilijke wedstrijd.
9. Wat geniet je voorkeur: een klimwedstrijd of een wedstrijd door regen en/of wind of een mix van beide? Waarom? Geef mij maar een klimwedstrijd bij mooi warm weer. Trouwens ik kan vrij goed tegen de warmte, alhoewel het er in de Tour du Roannais toch wel wat over was met drie etappes boven de 35° zelfs tegen de 40°.
10. Hoe combineer je het wielrennen met school/werk? Moeilijk? Die combinatie is niet gemakkelijk. Maar ik ben toch tevreden dat ik alvast mijn eerste jaar Landmeter met succes heb kunnen afronden. We zullen zien wat het tweede jaar geeft.