Mika Vijfvinkel is één van de meest talentvolle Nederlandse jongeren in de cross. Ondanks het korte seizoen is de tweedejaarsnieuweling tevreden over zijn seizoen en kijkt hij al uit naar september.
1. Hoe ga jij als renner om met heel het coronagebeuren? Hoe verlopen jouw trainingen in deze tijden?
Ik mis de wedstrijden om me te kunnen meten met concurrenten. Ik heb die adrenaline en drive echt nodig. In mijn trainingen met de cross bijvoorbeeld train ik met de 2e jaars nieuwelingen en 1e en 2e jaars junioren op een landelijk KNWU trainingspunt . We maken vaak een wedstrijdblok in de training om wedstrijdgevoel en hardheid te trainen, uit te dagen en onderhouden. Maar dat is niet moeilijk met allemaal jongens van 15 tot en met 17 jaar, we dagen elkaar sowieso altijd wel uit. Wie springt het hoogste, rijdt als eerste het hele stuk door het zand enzo, das wel tof. Ook rijden we op zeer mooie locaties in Brabant, zo houdt onze trainer het zeer afwisselend en uitdagend.
Ik probeer mezelf uit te blijven dagen in iedere training omdat er geen wedstrijden zijn. Ik train door om mezelf te verbeteren en met het oog op de junioren categorie. Samen met mijn trainer kijken we naar de data en ben ik in corona tijden ‘tegenstander’ van mezelf. Ik vind dat ook wel top en ben fanatiek genoeg die uitdaging zo te zoeken. Mijn trainingen zijn vooral alleen met heel soms een duurritje met een maatje. Dat vanzelfsprekend samen rijden in groepjes mis ik toch wel, de gezelligheid en grapjes tijdens die ritten.
2.Blik je tevreden terug op het zeer korte seizoen 2020/2021?
Ik heb 3 wedstrijden gereden, Kasterlee (3e), Beringen (DNF) en Hechtel-Eksel (2e, lek in laatste zandstrook maar plek kunnen houden). In Beringen reed ik helaas 2x lek, bij de start al direct valpartij en scheef stuur waardoor ik aan een inhaalrace begon. Toen ik net de laatste ronde in ging en bij de kop aan kon sluiten op 100m reed ik totaal plat. Daar omhoog lopen naar materiaalpost had geen zin meer. Dat was pech maar was een top wedstrijd en had goeie benen, er had meer in gezeten maar dat is ook wedstrijd rijden. Alle 3 de wedstrijden waren internationaal bezet met zeer sterke tegenstanders, dat maakte mijn goede uitslagen des te mooier. Ik heb in de corona-zomer door geen wedstrijden gereden maar wel veel progressie gemaakt en dat was nu goed te zien. Dus ja, ik ben tevreden.
3. Welke doelen had je voor jezelf vooropgesteld als tweedejaarsnieuweling?
Dat is een moeilijke, ik had als doel mee te doen voor podium uitslagen. Mijn trainer sprak die verwachting ook wel uit maar erin geloven en het dan ook kunnen waarmaken, dat voelde goed. En vooraan meerijden in de wedstrijden om dan te pieken op het NK om ook dan ook hopelijk podium te kunnen rijden was ook wel een doel. Of dat gelukt zou zijn zullen we jammer genoeg nooit weten.
4. Had je de afgelasting van het NK zien aankomen? Was het parcours iets voor jou?
Ja, dat was vanaf eigenlijk start crossseizoen al duidelijk als je realistisch nadenkt, want er waren totaal geen wedstrijden in NL, alles werd steeds maar afgelast. In 1e instantie zou het NK zijn in Zaltbommel voor alle categorieën vanaf nieuweling. Toen werd dat alleen voor de profs, en zouden de nieuwelingen en junioren een kans krijgen op een NK op een latere datum eind januari en toen weer half februari in Hoogeveen. Maar eigenlijk was allang duidelijk dat dat echt niet door zou gaan.
Zaltbommel: ja dat denk ik wel. Het zou een nieuw parcours zijn voor mij, een zwaar parcours door de klei van de uiterwaarden met veel pittige korte klimmetjes en schuine kanten. Timing en techniek zouden dan een grote rol spelen. Hoogeveen: was altijd een miniemen/aspiranten wedstrijd die ik altijd wel heel leuk vond. Een technisch maar kleine ronde. De organisatie kennende zouden die er wel wat moois van gemaakt hebben, maar helaas.
5. Waarom kies je als Nederlander voor een Belgische ploeg?
Het veldrijden speelt zich voornamelijk toch af in België en heel af en toe in andere landen, de mooiere wedstrijden toch. Per toeval ben ik bij Proximus Doltcini Alphamotorhomes CX terecht gekomen na een zeer leuk gesprek met één van de ploegleiders Gert Pemen na de cross in Niel, nadat ze mij op o.a. de Koppenberg in actie hadden gezien. België ademt de cross en dat merk je in de Belgische ploegen, ze gaan zeer professioneel met de sport om, de sfeer op de wedstrijden is waanzinnig top en de parcours uitdagend. De sfeer is zeer goed in mijn ploeg en Eddy van Bunder geeft mij veel vertrouwen voor de toekomst en doelen van en met het team.
6. Hoe ziet je voorbereiding er nu uit op het wegseizoen?
Ik kom nu net uit een weekje rust, dat kwam goed uit met de sneeuw. Het is moeilijk plannen omdat de toekomst onzeker is of er wedstrijden gaan komen en wanneer. Mijn trainer, Twan van Gestel, daagde me vorig seizoen al is uit door bv. een 2 daagse te simuleren die ik in mijn eentje rij, zoiets kan ik nu ook wellicht weer doen. Ook hou ik het plezier erin en motiveer me door bv. de lussen van de Ronde van Vlaanderen te rijden of Amstel Gold race, of ik zoek de Ardennen weer is op als de sneeuw weg is. En in Zeeland liggen ook supermooie kasseienstroken
7. Wat zijn jouw ambities voor het wegseizoen?
Laten we hopen dat er wedstrijden terug komen. Over de ambities dit wegseizoen…. Daar heb ik nog niet zo over nagedacht, omdat ik denk dat het seizoen een kopie van vorig jaar zal worden. Weinig tot geen kleine lokale rondjes en ben ik meer bezig met zelfontwikkeling en hopen op een normaler seizoen 2022. Mocht er toch een mooie ronde komen dan ga ik ervoor vooraan te finishen met wellicht een podiumplek en bij een massasprint toch een top 5. Dat zou wel mooi zijn.
8. Volgend seizoen start je in het veld bij de junioren. Een moeilijke stap denk je?
Nee dat denk ik niet, het zal hetzelfde voelen als de start bij de nieuwelingen als 1ejaars dus het zal wel snel wennen. Ik train nu al met junioren die ik op 1 of 2 na in de trainingen voor blijf. Ik ga er in ieder geval met vertrouwen in en zie dan weer de 2ejaars junioren die ik als 1e jaars nieuweling ook al trof in de wedstrijden en wil me graag meten met hen. Iemand zei me ooit, een jaartje leren en een jaartje incasseren, das een mooi motto voor me geworden.
9. Hoe zie jij je als renner in de toekomst evolueren?
Ik ben nog volop in ontwikkeling van mijn fysiek, net pas mijn groeispurt gehad en de kracht moet nog komen. Ik kan nu goed mee vooraan en weet waar ik nog op kan door ontwikkelen. Dankzij de goede omkadering die ik heb (Twan van Gestel voor weg en cross, Laurens Groenendijk personal trainer, Gert van Gorp van Ridley Hermans (wegploeg) en zeker ook mijn crossteam (Proximus) kan ik nog mooie stappen maken. Ik ontwikkel me breed en specialiseer nog niet, ik speel in de wedstrijden en maak lol. Dan komt het vanzelf wordt mij verteld….
10. Wat zijn jouw grote dromen op lange termijn?
Das een makkelijke om te zeggen maar moeilijker te worden: Profrenner in veld hopelijk bij Proximus als elite profrenner, maar dat zien we allemaal nog wel. Ook een mooie weg carriere als klassieker rijder lijkt me fantastisch. Als aspirant in de mini Parijs Roubaix 2x 4e geworden van 200+ deelnemers. Ik zou die zeker heel graag als prof rijden, wie niet. Het allermooiste blijft een regenboogtrui in welke discipline dan ook, dromen mag toch?
Maar kleine stappen, eerst maar weer is een wedstrijdrondje dit jaar als een criterium of mooier nog een klassieker, laten we dat maar hopen. Dan komen de grotere dromen wellicht weer dichterbij.
