Clubkampioen van Steeds Vooraan Kontich bij de juniores Peter Bulcke won afgelopen weekend de wedstrijd in Wetteren.
1. Je behaalde afgelopen weekend je tweede overwinning. Verwacht om zo sterk te zijn? Ik weet dat ik altijd sterk ben als er gesprint moet worden, maar afgelopen weekend koerste ik tijdens de wedstrijd ook hard mee, en vreesde daarom in eerste instantie dat ik geen sprint meer in de benen had zoals ik die gewoonlijk nog over heb. Het feit dat ik mezelf heb overstegen en toch nog een sterke sprint heb kunnen rijden is goed voor het moraal, omdat ik nu weet dat ik toch over een groter energiereserve beschik dan ik verwachtte.
2. Welke parcours genieten je voorkeur? Wat zijn de sterkste punten van je in een wedstrijd? Volledig vlakke of golvende parcours genieten mijn voorkeur. Ik heb niet de grote motor om alleen tegen de wind in weg te rijden of als een echte klimmer een berg te bedwingen. Ik stel mezelf wel graag op de proef door in een lastige, heuvelachtige wedstrijd zo ver mogelijk in de finale te geraken of zelfs aan te vallen.
3. Binnen enkele weken is er het provinciaal kampioenschap. Wat verwacht je? Het provinciaal kampioenschap is altijd een beetje een onvoorspelbare koers, aangezien er veel renners met veel ambitie starten. Het wordt voor mij dus in de beginfase uitkijken hoe de wedstrijd zich ontplooit. Als er een goede ontsnapping op dreef dreigt te komen zal ik er alles aan doen om mee te zijn, want ik koers nog altijd om te winnen, en dus niet om een ereplaats te behalen in de massasprint achter de koplopers.
4. Naar welke wedstrijden kijk je verder uit nog? Het Belgisch kampioenschap is natuurlijk voor veel renners een belangrijke koers, dat is voor mij niet anders. Anderzijds kijk ik ook uit naar de Sint Martinusprijs, omdat ik daar graag de eer van mezelf en mijn ploeg wil verdedigen in deze door ons bestuur georganiseerde wedstrijd.
5. Welke wedstrijd zou je graag is willen winnen? Een etappe in de Sint Martinusprijs zou prachtig zijn, maar ik moet rekening met mijn studies blijven houden die me af en toe beletten om op dezelfde schaal te trainen als andere junioren.
6. Wanneer ga je spreken van een geslaagd seizoen? Dat is een moeilijke vraag. Als je als renner wint, wil je natuurlijk altijd meer winnen. Ik ben op dit moment al tevreden met mijn prestaties dit seizoen, ondanks de pech tijdens enkele grote koersen. Maar ik kan het toch niet laten de lat telkens iets hoger te leggen en dus nog enkele keren te proberen winnen en eventueel in een grote koers te schitteren.
