Maxim Pirard is één van de junioren die de piste en de weg combineert en met succes. Maxim heeft nog enkele doelstellingen waar hij volop naar toe werkt.
1. Hoe was je seizoen op de piste? Tevreden of er meer van verwacht? Ik was redelijk tevreden over mijn seizoen op de piste. Ik verbeterde al mijn persoonlijke records in de tijdritnummers. Toch voelde ik mij deze winter in geen enkele wedstrijd echt honderd procent goed, ook in de interland in Apeldoorn was ik minder goed. Maar met mijn 4 medailles op de Belgische kampioenschappen mag ik niet klagen.
2. Je won in de spurt de wedstrijd in Callenelle. Hoe beleefde je de wedstrijd? Ik voelde al vanaf de start dat mijn benen goed waren. We reden al snel met een groep van 14 man weg de hele koers. De laatste 4 ronde heb ik aangevallen met 3 andere renners en dankzij supergoed afstopwerk van mijn ploegmaat Arne De Groote konden we makkelijk weg blijven. In de spurt met 4 kon ik redelijk makkelijk winnen.
3. Had je een zege verwacht zo vroeg op het seizoen? Ik had al van in de Kattekoers een goed gevoel in de benen, nog niet top maar toch al goed voor het begin van het jaar. In de beker van België in Aalst-Sint Truiden twijfelde ik teveel om mee te zijn met de kopgroep, daar was ik ook goed. Ik hoopte dan ook om snel eens te kunnen winnen omdat dat zeer goed is voor de moraal en dat is gelukt.
4. Is sprint je wapen in een wedstrijd of rij je liever solo naar de zege? Solo winnen is natuurlijk het leukst om te winnen, maar bij de junioren is dat moeilijk om te doen. Daarom is het handig dat ik redelijk snel ben als we weg zijn in de ontsnapping. Mijn spurt heb ik vooral te danken aan de piste.
5. Naar welke wedstrijden wil je dit seizoen pieken? Ik probeer goed te zijn in alle beker van België wedstrijden, die belangrijk zijn voor de ploeg en ook voor mijn individueel klassement. Ik zou top willen zijn op het EK op de piste en dan die topvorm rekken tot de Ronde van Vlaanderen voor junioren.
6. Hoe staat het met je tijdrit capaciteiten, welke toch belangrijk zijn in diverse ronden? Tijdrijden is niet mijn sterkste punt. Ik train ook niet vaak met die fiets en focus me er niet echt op. Ik rij vooral graag de grote eendagswedstrijden en in de diverse ronden is er wel vaak een korte proloog waar ik dan wel weer goed voor de dag kan komen omdat de afstand korter is en daar komt mijn piste ervaring weer van pas.
7. Als wat voor type renner zou je uzelf omschrijven? Een klassiek renner. Ik rij heel graag eendagswedstrijden die plaats vinden in de Vlaamse Ardennen, zoals de E3 Harelbeke voor junioren. Daar was ik ook heel goed, ik kwam derde boven op de Paterberg, maar door een lekke voortube moest ik opgeven omdat ik te veel achterstand had hierdoor. Ik hou enorm van die kleine hellingen zoals de Kwaremont, Molenberg en Paterberg.
8. Piste of weg? Waarom? Voor zolang dat mogelijk is wil ik beide disciplines blijven doen, door de piste ben ik veel behendiger en sneller in de spurt geworden. Maar als ik toch ga moeten kiezen later dan zal dat waarschijnlijk voor de weg zijn.
9. Wanneer ga je tevreden zijn van het seizoen op de weg en piste? Ik zou dit jaar op de weg graag afsluiten met een overwinning in een grote koers. Het liefst in de Ronde van Vlaanderen, waar ik alles ga voor geven. Op de piste zou ik een mooie plaats willen behalen op het EK, maar echte doelen heb ik daar niet. Ik wil daar gewoon alles geven, ook het WK zou ik willen rijden en ook daar alles geven.