Op zondag 5 maart wordt in La Verrière de 81steeditie van Paris-Nice op gang getrapt. De WorldTour-rittenkoers telt acht etappes, met kansen voor zowel sprinters, punchers, tijdrijders en klimmers. Het slotweekend kondigt zich zwaar aan met een aankomst bergop op Col de la Couillole en de traditionele afsluitende etappe met de befaamde Col d’Eze als scherprechter.
Lotto Dstny vaardigt een mix van aanvallers en sprinters af voor de Koers naar de Zon. Zo tekent tweevoudig ritwinnaar Thomas De Gendt voor de twaalfde keer present, voor Arnaud De Lie wordt het dan weer zijn eerste rittenkoers op WorldTour-niveau. Cedric Beullens en Brent Van Moer maken de Belgische vertegenwoordiging in de selectie compleet. Harry Sweeny, Nederlands kampioen Pascal Eenkhoorn en Jacopo Guarnieri vervolledigen de Lotto Dstny-ploeg voor Paris-Nice. Sportdirecteur van dienst is Maxime Monfort, hij licht de ambities toe voor acht dagen koers in Frankrijk.
Maxime Monfort: “Parijs-Nice is een heel prestigieuze wedstrijd met een sterk deelnemersveld en met Lotto Dstny willen we ook onze stempel op de wedstrijd drukken. Met zowel rasaanvallers als voldoende manschappen om een sprint in goede banen te leiden, hebben we een evenwichtige selectie waarmee we ons kunnen tonen. Voor Arnaud De Lie wordt het zijn eerste rittenkoers op WorldTour-niveau en is het dus opnieuw een volgende stap in zijn ontwikkeling. Op papier is er een drietal ritten dat hem moet liggen. Zoals steeds is Arnaud ambitieus om zich te tonen en we zullen hem daarin zo goed mogelijk ondersteunen.”
“Maar ook in de etappes voor aanvallers hebben we een paar goede troefkaarten. Thomas De Gendt rondde al twee keer een ontsnapping af in Parijs-Nice, maar met ook Van Moer, Sweeny en Eenkhoorn hebben we jongens in de selectie die graag offensief koersen. We richten onze pijlen vooral op de sprintetappes en ritten voor aanvallers. Wanneer Paris-Nice geslaagd is voor Lotto Dstny? Ondanks de sterke bezetting in Paris-Nice zijn we ambitieus en mikken we op een ritzege met een van onze renners.”
Foto: Facepeeters.